Het leed dat tentamens heet

Het leed dat tentamens heet

blog van Tatum a Trieste

Fronsende gezichten, het getik van een pen, een diepe zucht. Mijn collega heeft het raam open gezet, maar het begint toch aardig heet te worden in dit lokaal. Is het de spanning van de studenten die de temperatuur doet stijgen?

Maandenlang lessen volgen, blokken op je zolderkamertje, huiswerk maken (of niet). Wie heeft ‘t kofschip goed begrepen? Wie kent de onregelmatige werkwoorden? Vandaag is het zover: het tentamen. Het moment van de waarheid, de Dag des Oordeels.

Twee uur hebben ze de tijd – dat lijkt veel, maar vliegt voorbij. Voor de surveillant is dat een ander verhaal. Het is muisstil hier, maar in mijn hoofd is het chaos. Twijfels en onzekerheden worden rondgeslingerd als Paola en Francesco in het Inferno. Waren mijn lessen wel duidelijk genoeg? Had ik meer aandacht moeten geven aan de scheidbare en onscheidbare werkwoorden? Ik struin door de zaal, kan mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen, en werp een blik op het papier van één van de studenten. ‘Ik ben verbaast’ met een ‘t’. Autsj, dat doet pijn. We hebben het afgelopen les nog herhaald.

 

(c) rtlnieuws.nl

Ik kan het ze niet kwalijk nemen, zoveel Nederlanders die dit nog fout doen! Misschien was de vraag te moeilijk, hoewel… ik zal het toch echt fout moeten rekenen. Kan ik niet, héél stilletjes, het juiste antwoord in het oor van deze student fluisteren? Kan ik mijn telepathisch vermogen aanwakkeren, via gedachten eventjes de letter ‘d’ versturen?

Een jeugdherinnering komt in mij op. Als klein meisje speelde ik vaak schooltje met mijn beste vriendin, en ik móest en zou de juffrouw zijn. Ik verzon – met opzet – de meest onmogelijke vragen, gemene instinkers die mijn vriendinnetje onmogelijk kon weten. Algebra, woordjes Japans of de stelling van Pythagoras in groep 3. Bij het nakijken zette ik een rode streep door haar foute antwoorden. ‘Jammer, weer een onvoldoende!’ zei ik triomfantelijk. Je begrijpt: deze vriendschap heeft niet lang standgehouden.

Nu ben ik echt docent, of nou ja, docent in wording, en is alles anders. Ik wil dat mijn studenten, mijn lieve studentenkinderen, het goed doen, en mijn handen jeuken om te helpen. Hoe ben ik zo geworden? Wat is er met de kleine Tatum gebeurd? Ik herken mezelf niet meer.

Met een hoofd vol gedachten loop ik naar de andere kant van het lokaal – en zo ijsbeer ik, twee uur lang. Bij oogcontact met studenten forceer ik een glimlach. Misschien vermindert het hun spanning.

Of ben ik degene die het meest gespannen is?

————————————————————

Geschreven door Tatum Paauwe

Terug naar hoofdpagina Tatum a Trieste